Mijn Geschiedenis
Al vroeg in mijn leven kwam de vraag; wat ga jij met eigenlijk doen met je leven? Op jeugdige leeftijd vond ik tekenen en schilderen fascinerend en ik wist het gelijk: Reclameschilder dat moest het ik worden! Geen goed idee vond mijn pa, wordt dan maar technisch tekenaar.
Voor mijn militaire diensttijd heb ik inderdaad een paar jaar op een tekenkamer door gebracht bij een paar architecten, maar dat was zo verschrikkelijk saai en de opdrachten die ik kreeg waren vooral technische tekeningen; zoals balklagen en kozijnen tekenen, nee niet echt wat ik voor ogen had.
Al voor mijn tijd onder de wapenen had ik mijn voorliefde ontdekt voor techniek, het sleutelen aan brommers en scheuren op mijn oude Harley Davidson heeft daar zeker aan bijgedragen. Ook het baantje in het leger als ordonnans waarbij we op oude Metceles 3.5 rondreden gaf mijn voorkeur wel aan. Die motoren waren destijds door vaderland indertijd voor een habbekrats overgenomen van de Engelsen.
Het was 1963 en ijskoud, een van de beroemdste Elfstedentochten zou van start gaan. Zelfs wij, de ordonnansen mochten extra kleding meenemen van thuis! Dat jaar was het afzien maar ook wel een goed leerproces. De opleiding was bijzonder, zeker de opdracht om een bokkenpoot mee te nemen en met de motoren de dicht gevroren Oosterschelde op te rijden en aldaar je motor te reinigen met water uit een wak!
Na achttien maanden diensttijd besloot ik een andere weg in slaan. Het sleutelen aan motoren en oude auto’s had mij doen beseffen dat ik die kant op wilde. Jammer van de studie bouwkunde, maar dat kwam mij in mijn verdere leven toch wel regelmatig van pas!
Ja, dan moet je aan de bak, wil je een autobedrijf beginnen moesten er wel papieren komen, een vestigingsvergunning, een middenstand diploma en het patroonsdiploma. Het was hard bikkelen maar binnen een jaar waren de papieren er en kon er uitgekeken worden naar een locatie. Door mijn vader verkoopleider die bij een Citroengaragebedrijf was kon ik stagelopen in de werkplaats van dat bedrijf. Zij deden voornamelijk Citroen DS, de 2 CV-types en Panards.
Ik had in de gaten dat er een enorme behoefte was aan nieuw vervoer, die 2CV die in die tijd nog geen drie en half duizend gulden kosten was voor veel mensen te betalen.
Het ontstaan van Garage DE EEND was begonnen!
We startten in Groenekan waar we een deel van een boerderij konden huren en waar we een groot buiten terrein mochten gebruiken.
Een keer in de week ging ik bij dealers langs of ze nog Eendjes hadden ingeruild. Iedere week kon ik kiezen bij die bedrijven hoeveel ik er wilde hebben. Het was een gouden tijd en een feest om samen met vrienden de Eenden op te halen.
Een bijzondere anekdote was; bij de poging om een vrachtwagen in te halen en dat door de plotselinge tegenwind niet lukte, het gebeurde dat er een arm met een broodtrommeltje naar buiten werd gestoken om de eend te lokken!
Er werd hard gewerkt met hulp van jongens van de zeevaartschool die een zakcentje wilden bijverdienen. Ook kennissen en familie die een zoon hadden die niet wilden leren konden bij ons terecht. Door de ongedwongen sfeer lieten ze zien dat ze toch wel deugden. Bij wedstrijdjes wie het snelst een motor van een 2CV kon uitbouwen deden zij extra hun best.
Aan alles komt een eind, er kwamen meer bedrijven die het wel zagen zitten met die Eenden, wij schakelden over naar Renault, de R4, R5 en R6. Eigenlijk hetzelfde type autootjes, vanaf die tijd ontdekten we dat niet alleen de 2CV vreselijk konden roesten; vooral de vloeren en dorpels.
Af en toe liepen we tegen een exoot aan bijvoorbeeld een Lancia Zagato,f een MG, een Truimpf of een Alfa Romeo. Ja, dat waren pas auto’s, maar ook die konden vreselijk roesten.
Een goed lasapparaat was onontbeerlijk.
Inmiddels waren wij al een tijdje verhuisd naar Utrecht Tuinwijk, een pand met bovenwoning, midden in een woonwijk. Nadat de reparaties goed opgang kwamen wisten we ons geen raad met alle geparkeerde auto’s in de straat. Er ontstond regelmatig problemen met buren! Een groter pand, dat was natuurlijk de oplossing! En ja hoor, een autobedrijf in Utrecht-Noord wilde groeien bood zijn pand aan, met vrijstaande woning en 300 vierkante meter aan bedrijfspand en een groot voorterrein. Er werd een afspraak gemaakt voor de avond en onder het genot van een biertje/wijntje werden wij het eens over de prijs. Ruim dertig jaren hebben wij het daar uitgehouden. Er ontstond een verschuiving van merk voorkeur plaats en ik betrapte me erop dat Alfa Romeo toch mijn merk was. En van lieverlee specialiseerden we ons in de oudere type van Alfa Romeo. Ondanks de negatieve reacties op onze Alfa Occasions bleven wij erin geloven.
In 1998 kocht ik een Giulietta Sprint van 1959, ik vond hem mooi en ondanks dat ik hem volledig moest restaureren was en is dit model mijn favoriet. Alleen hij had ook nog een zusje, de Giulietta Spider. Na veel zoeken vonden wij hem in het midden van het land, een Giulia-Spider uit 1962 met een 1600 motor, eigenlijk was het een halve Spider, met heel veel roest, hij was wel ooit nieuw geleverd in Nederland. Alle ontbrekende stukken moesten we erbij zoeken of zelf maken. Een enorme leerschool, wij kregen zoveel kennis van die oude modellen van Alfa Romeo en overal wisten we onderdelen te vinden tot in Argentinië aan toe.
Intussen hadden wij een Register opgericht van het type Giulietta waar een grote behoefte aan bleek te zijn. De club groeide binnen een paar jaar naar 125 leden, allemaal van dezelfde types mensen zoals wij, mensen die houden van bijzondere techniek en de waanzinnig mooie lijnen in de modellen. Daarnaast houden de leden van het register van gezelligheid en worden de meetings steeds goed bezocht. De tochten die wij maakten naar Italië en andere landen zullen we niet snel vergeten en overal waar wij kwamen waren de Giulietta’s welkom.
De winter maanden hadden wij veel plezier in het schrijven van verhalen en boeken met verhalen over auto’s die raceten of rally’s reden en het was vaak dat Alfa Romeo de auto was waar een van de hoofdpersonen in reden.
Zojuist is ons zevende boek gereedgekomen en ditmaal is het geen Alfa Romeo maar een Peugeot 404 waar een familie uit Senegal mee vlucht naar Nederland om daar een nieuw bestaan op te bouwen en zijn vader hoopt te vinden.
Al deze boeken zijn spannende en avontuurlijke boeken waar het beslist niet alleen maar om auto’s draait.